In haar proefschrift verkende Amber van der Voorn regionale verhuisstromen als gevolg van het opgeven van gebieden die door de stijgende zeespiegel in de toekomst kunnen overstromen. Of zoals zij het omschrijft: klimaat-geïnduceerde ontheemding. Hoe verdeel je bij deze massale verhuizing de lasten en blijft het levensonderhoud van de betrokken bevolking overeind? We vatten haar betoog samen in onze rubriek Rapport Kort.
Effecten van massale verhuizingen uit laaggelegen gebieden
De concrete vraag die Van der Voorn in haar proefschrift wilde beantwoorden luidt: “Hoe kan ruimtelijke planning bijdragen aan het levensonderhoud bij terugtrekking uit kustgebieden in Nederland?” Om deze processen rechtvaardig te laten verlopen onderscheidt Van der Voorn twee soorten van rechtvaardig ingrijpen:
- sociale rechtvaardigheid (rechtvaardige procedures);
- sociaal-ruimtelijke rechtvaardigheid (eerlijke verdeling van de lasten en lusten).
De onderzochte strategieën in haar proefschrift zijn gebaseerd op het idee dat de ruimtelijke planning bij terugtrekking op grote schaal inderdaad kan bijdragen aan het behoud van levensonderhoud. Dat lukt vooral door het creëren van een gedeeld voordeel voor de twee betrokken partijen: de overheid als verhuizer en de betrokken huishoudens.
Vier casussen
Het onderzoek dat Van der Voorn deed, leverde het bewijs op dat die eerlijke ‘fysieke’ verdeling inderdaad mogelijk is. Ze onderzocht in vier verschillende casussen hoe omstandigheden de terugtrekkingsstrategieën en de bijbehorende compensatieregelingen beïnvloeden. In twee gevallen (niet in Europa) werd grootschalige terugtrekking gecombineerd met doelstellingen voor plattelandsontwikkeling. De bijbehorende compensatieregelingen waren gericht op het bieden van begeleiding of het faciliteren van vermogen, maar deze strategie liet geen vrijwilligheid toe. De dubbele doelstelling maakte de verplaatsing van een groot deel van de bevolking mogelijk.
In een Oostenrijkse casus lag de focus op het creëren van stimulansen voor vrijwillige deelname aan een compensatieregeling. Het ruime tijdsbestek maakte vrijwilligheid mogelijk door huishoudens de kans te geven om de juiste levensfase te bereiken met daarbij sociale leerprocessen en netwerkeffecten. Overstromingen zorgden bovendien voor natuurlijke stimulansen. Dit had echter ook schadelijke effecten op kwetsbare huishoudens.
In tegenstelling tot de Oostenrijkse casus lag bij de Noordwaardpolder (Biesbosch, foto bovenaan) de focus op het creëren van begrip voor een onvrijwillige compensatieregeling. De Noordwaardpolder werd niet geteisterd door overstromingen, dus dat risico was geen stimulans. Wel werden de bewoners op de hoogte gebracht van het belang van het project voor waterveiligheid op nationale schaal. Ontwerpsessies hielpen bij het inzien van de noodzaak van het project en de bewoners erkenden hun rol bij het bieden van een oplossing voor de bredere samenleving. De Noordwaard-casus biedt inzichten voor het creëren van begrip voor terugtrekking uit gebieden waar rampen (nog) niet aan de orde zijn. De schaal van deze terugtrekking was echter erg klein.
Bevolkingsdaling
De kennis over terugtrekkingsstrategieën die Van der Voorn opdeed uit deze vier casussen, vertaalde ze in het kader van ontwerpend onderzoek naar een strategie voor terugtrekking uit een Nederlands kustgebied: Noordoost-Groningen. Die regio is gekozen als testcase vanwege de demografische achteruitgang die er speelt. Bevolkingsdaling is op zichzelf al een oorzaak om een gebied te verlaten, maar is ook een symptoom van andere factoren. Zo staat het levensonderhoud in regio’s die in verval zijn toch al onder druk. Centralisatie van voorzieningen en het zorgvuldig toewijzen van ruimtelijke middelen (zoals voorzieningen) kan de demografische krimp verminderen. Een strategie met een dubbele doelstelling, (geleidelijke) terugtrekking én centralisatie, kunnen daarom hand in hand gaan. In het scenario voor deze testcase was er, wat de dreiging van het water betreft, sprake van een mogelijk omslagpunt in 2075. Wanneer terugtrekking dan nog niet nodig is, beperkt deze oplossing in ieder geval wel - als bijvangst - de gevolgen van demografische achteruitgang.
In deze strategie is verder sprake van een vrijwillige compensatieregeling. Van uitkoop zal geen sprake zijn, maar wel van een financieringssysteem waarbij aanvragers de regels moeten accepteren. Door invoering van deze regeling kunnen huishoudens kiezen om te blijven of te vertrekken. Ook kunnen ze zelf, binnen de looptijd van de regeling, het moment van verhuizing kiezen. Door de sociale druk en het voorbeeld van de allereerste verhuizers zal dan in de loop van de tijd een opeenvolgende reeks verhuizingen ontstaan.
Het is verder wel een uitdaging om de levenskwaliteit te handhaven van degenen die in de ‘uitzendende’ regio achterblijven. Waar de kwaliteit van leven onder druk staat, dienen andere ingrepen de negatieve effecten van de strategie te verzachten. Het organiseren van een community ondersteunt daarbij de dialoog over de toekomst van een dorp. Dit kan zorgen voor een collectieve verhuizing of voor een stap richting de toekomst, waarbij deze gemeenschap actief op elkaar let met als doel zo lang mogelijk in de uitzendende regio te blijven. Wanneer de leefbaarheid in het dorp echter onvoldoende wordt, kan een collectieve verhuizing uiteindelijk de oplossing zijn. Deze community-strategie zorgt voor meer vertrouwen in de eigen gemeenschap dan in de instituties.
Het hele verhaal van Amber van der Voorn lees je in de nieuwe Stedebouw & Architectuur (#3, thema Transformatie en Transities), met daarin onder andere diverse verhalen die dieper ingaan op de dynamiek van de Nederlandse delta.
S&A #3 vind je als abonnee in je brievenbus en in onze bibliotheek. Nog geen abonnement? Surf dan naar deze pagina.
Tekst: Ysbrand Visser en Amber van der Voorn
Beeld: Shutterstock
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
De kracht van geografische data voor een breder publiek
22 mrt om 12:00 uurActuele vraagstukken als de woningnood en klimaatverandering vragen om oplossingen die moeten komen van…
Ruimtelijke dynamiek: woningmarkt als sorteermachine
8 mrt om 13:30 uurAls je in de titel van een onderzoeksrapport de termen ‘gezondheidsachterstanden’ en ‘ruimtelijke uitsortering…
Vijf maatregelen om funderingsschade goed aan te pakken
1 mrt om 10:00 uurDe Raad voor de leefomgeving en infrastructuur verwacht dat vierhonderdduizend panden in Nederland te maken…
Symposium over de kansen voor waterrijk bouwen
29 feb om 07:30 uurTijdens het symposium Building the Future, op maandag 18 maart in Zwolle, wordt ingegaan op stedenbouwkundige…
Metamorfose van de lelijkste straat van Arnhem
28 feb om 07:30 uurHet Centrum Architectuur, Stedenbouw en Landschap van Arnhem (CASA) beloonde de Ingenieur J.P. van…
Droge voeten in je woning dankzij groennorm
23 feb om 07:30 uurDrie grote banken pleitten deze week voor de invoering van een klimaatlabel voor koopwoningen. Maar wat nu als…
Nieuwe groennorm steden vergt vele miljarden
13 feb om 07:30 uurGeen enkele bestaande norm in Nederland stelt kwaliteitseisen aan groenvoorzieningen. Mocht er alsnog een…
Zonder aandacht voor logistiek verliezen centra vitaliteit
26 jan om 09:30 uurDe druk op de openbare ruimte in Nederland neemt toe. Steeds meer domeinen claimen een aandeel. Steeds meer…
Reactie toevoegen