Al polderend naar het nieuwe station
Jan Benthem heeft niet echt een voorbeeld van een goed station. "Meer in het algemeen: stations zijn iconen in de stad. Elke stad heeft een aantal van die iconische gebouwen: een stadhuis, een bibliotheek, een station. Het zijn de gebouwen die als kind indruk op je maken." Jan Benthem is inmiddels de architect van een aantal iconen. Daarbij moest hij een aantal problemen oplossen: "De NSP-stations hebben allemaal te maken met dezelfde problematiek. Om te beginnen de besluitvorming; die was bij deze projecten niet meer rond te krijgen. Daarom zijn wij erbij gehaald, om dat weer vlot te trekken. Daarnaast speelt de techniek een grote rol. De HSL-treinen zijn langer, er zijn meer reizigers. Dat vraagt meer capaciteit, die architectonisch ook moet worden vormgegeven. Een ander punt: de sleutelprojecten moeten ook een impuls zijn voor de stad eromheen. Het draaide bij deze ontwerpen voor een belangrijk deel om het vinden van een antwoord op de vraag: hoe profiteert de stad? En we wilden en moesten iets doen aan de barrièrewerking van de bestaande stations. Met name de oude doorgaande stations vormen toch vaak een drempel in de stad. In de negentiende eeuw aangelegd aan de stadsrand, liggen deze stations tegenwoordig allemaal midden in de stad. En dan wreekt zich de typologie. De klassieke opbouw van spooremplacement, ontvangstgebouw en tunnel of brug naar de sporen, leidt hier tot een gebouw met een sterke achterkant, midden in de stad. Dan ontstaan gespleten steden."
Bij veel stationsplannen zat de besluitvorming, aldus Jan Benthem "krakend vast". De privatisering van de NS in het verleden, betekende dat de stations private ondernemingen werden. Het spoorbedrijf viel uiteen in geprivatiseerde bedrijfsonderdelen: Pro-Rail, NS Reizigers, NS Vastgoed. Daardoor kwamen ook de stationsprojecten niet meer van de grond. Je zat met zeven, acht partijen bij elkaar. De besluitvorming ging langs teveel verschillende partijen. Men kon in die situatie alleen maar een besluit nemen over het ontwerp als geheel, want alles was met elkaar verknoopt. Terwijl tegelijkertijd de betrokken partijen alleen over hun deelbelang een besluit mochten nemen. Dan komt er uiteindelijk dus ook geen besluit over het gehele plan.
Benthem: "In die situatie zijn wij erbij gehaald, vaak vanuit de kant van de gemeente. Ons werd gevraagd om mee te denken en het ontwerpproces en de besluitvorming weer op gang te brengen. De aanleiding om voor ons te kiezen was het opleveren van Schiphol, waar we een stadsplein bouwden en snel een ingewikkelde knoop opgeleverd wisten te krijgen. Het plein, als geheel overkapt, met winkels, dat was een eyeopener voor gemeentes: zo kan het dus ook. Bovendien hadden we op Schiphol te maken gehad met allerlei verschillende partijen. Schiphol was al eerder geprivatiseerd, nog voor de NS. Samen met onze filosofie over plein en openbare ruimte, was het succes van Schiphol de aanleiding om ons bij de NSP-projecten te halen.”
Benthem Crouwel bracht de besluitvorming op gang d oor radicaal opnieuw te beginnen. Benthem: "De kunst is om als architect geen partij te kiezen. Je moet alle partijen respecteren, ook in het doel dat zij nastreven, en ze zoveel mogelijk gelijk waarderen. Als ze zien dat je dat integer doet, dan zijn partijen ook bereid om dingen te aanvaarden."
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Op naar de ideale brug, tunnel en sluis met innovatiekracht
11 jul 2023De toekomst is nu
7 jul 2023Parkeerdak Hoofddorp geïsoleerd en beschermd
6 jul 2023Lijn 8
4 jul 2023Entree parkeergarage vernieuwd
21 jun 2023Xperts aan het woord: de toekomst van wegmarkeringen
26 apr 2023De eerste indruk van een stad: parkeergarages
16 mrt 2023Nu gemeenten er steeds vaker voor kiezen om auto’s te parkeren in parkeergarages in plaats van op straat,…
Reactie toevoegen