De vijfde Vitaliteitsbenchmark Centrumgebieden (2024) biedt, na de edities uit 2015, 2017, 2019 en 2022, inzichten in de huidige staat en de trends van centrumgebieden in Nederland. Hoe staat het ervoor in bijvoorbeeld Almere, Schagen en Roosendaal?
Vitaliteit en voorzieningen 100 steden onder de loep
De Vitaliteitsbenchmark van Goudappel laat de aantrekkelijkheid en het toekomstperspectief zien van de honderd grootste centrumgebieden van Nederland. De parameters waarop het onderzoek is gebaseerd zijn het type winkelgebied en het aantal inwoners.
Uit het onderzoek blijkt dat het aantal stedelingen met een hoger besteedbaar inkomen groeit. Dit is gunstig voor de horeca en de detailhandel, maar de hogere omzet verdampt grotendeels weer door toegenomen kosten.
Minder voorzieningen
Het aantal voorzieningen in stadscentra is gedaald van gemiddeld 461 in 2019 tot 431 in 2024. Dit betreft kledingwinkels, fietsenwinkels, schoenenwinkels, sport- en woonwinkels. In de binnensteden is het aantal horecavoorzieningen ook afgenomen ten opzichte van 2022, maar dat geldt niet voor de grote én middelgrote centrumgebieden. Het sluiten van deze winkels ligt deels aan de verschuiving naar online aankopen, personeelstekorten, hoge energiekosten, de nasleep van de coronapandemie en een gebrek aan opvolging.
Leegstand en bereikbaarheid
De leegstand blijft stabiel doordat panden nieuwe functies krijgen, zoals een woonbestemming. Over de bereikbaarheid stelt het onderzoek dat de centra goed worden bezocht op alle mogelijke vervoerswijzen: te voet, met de fiets, het openbaar vervoer en de auto.
“Bezoekers willen een centrumgebied dat schoon en veilig is, waar sfeer en gezelligheid het verschil maken. Investeren in groen, zitgelegenheden, sfeervolle aankleding en evenementen die aansluiten op de wensen van bezoekers verbeteren niet alleen het huidige verblijfsklimaat, maar ook het vestigingsklimaat voor nieuwe winkels en horecagelegenheden”, zegt Guido Scheerder, adviseur Retail & Centrumontwikkeling van Goudappel.
Historische binnensteden
Het totale beeld van de vitaliteit in Nederland blijft herkenbaar: grote, vaak historische binnensteden scoren hoog door het diverse voorzieningenaanbod en de aantrekkelijke ruimtelijke kwaliteit.
Planmatig opgezette winkelgebieden hebben vaak te maken met een lager onderscheidend vermogen. Ook demografische trends spelen een cruciale rol in de lagere vitaliteit in de voorstedelijke gebieden, waar de bevolkingsgroei langzamer is en de vergrijzing sterker.
Top vier
De top vier van meest vitale centrumgebieden blijft ongewijzigd ten opzichte van 2022: Utrecht, Amsterdam, Den Haag en Haarlem behouden hun positie. In de top tien is wel een verschuiving zichtbaar bij Zwolle en Den Bosch, die beide twee plekken stijgen. In Den Bosch spelen onder andere de veiligheid en verbeterde kwaliteit van de leefomgeving een rol, mede dankzij meer groen (en minder zomerhitte).
In Zwolle is de stijging onder andere te verklaren door een groei van het besteedbaar inkomen (iets hoger dan de landelijke trend), meer diversiteit van het aanbod en een verbeterde compactheid van het centrum.
Opvallende stijger
Een opvallende stijger in deze editie is Schagen, dat een enorme sprong maakt van plek 74 naar plek 42. Deze vooruitgang is te danken aan een positieve bevolkingsprognose, een sterke vermindering van de leegstand en een compacter centrum dat de aantrekkelijkheid van het gebied aanzienlijk heeft vergroot. “Schagen profiteert van de aantrekkingskracht van nabijgelegen steden als Amsterdam en Haarlem. De regio is in zijn geheel populair geworden.”
“Een belangrijke pijler was de vergroening in het centrum van Schagen. Om stadscentra te vergroenen en leefbaar te houden, worden steeds vaker maatregelen genomen om gemotoriseerd verkeer te verminderen. Deze maatregelen worden vaak met argwaan bekeken door ondernemers. Het is dan ook cruciaal om de economische effecten van mobiliteitsmaatregelen vooraf in kaart te brengen en ondernemers vanaf de planvorming te betrekken. Samenwerken aan een plan op maat met een sterke onderbouwing loont”, aldus Scheerder.
In de middenmoot zijn er meer verschuivingen te zien, voornamelijk door veranderingen in leegstand. Almere en Roosendaal maken een forse stijging door dankzij een daling in leegstand, terwijl andere factoren zoals diversiteit van het aanbod, autobereikbaarheid en demografische indicatoren ook invloed hebben op de rangschikking in deze regio.
Bron: Biind
Beeld: Almere (Shutterstock)
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Omgevingswet en -programma: stedenbouwkundigen aan zet
1 aug om 07:30 uurNu ‘water en bodem sturend’ zijn, is het de vraag hoe dit concreet past in het instrumentarium van de…
Grenzen aan de verdichting?
29 jul om 07:30 uurOnderzoeken van het bureau KAW toonden aan dat er nog genoeg kan worden verdicht. Maar zijn onze steden al niet…
Gebiedsprocessen: bouwen aan of met vertrouwen?
22 jul om 07:30 uurIn de nieuwste column op Stedebouw & Architectuur vraagt Michiel Cappendijk, principal adviseur Ruimte,…
Groen-blauwe structuren in de Omgevingswet
25 jun om 08:00 uurVoor het realiseren van groen-blauwe structuren in de fysieke leefomgeving biedt de dit jaar ingevoerde…
Niet meer bouwen in de polder?
24 jun om 14:30 uurHet ministerie van Infrastructuur en Waterstaat publiceerde onlangs sturingskaarten waaruit blijkt waar in de…
Gebiedsontwikkeling: ‘Gebouwen komen en gaan’
21 jun om 09:31 uurGebiedsontwikkeling in alle soorten en maten; dat is het centrale thema van de nieuwe Stedebouw &…
Drie thema’s en vijf acties bij Ruimte voor Werk in Leiden
21 jun om 09:30 uurIn ons nieuwe themanummer Gebiedsontwikkeling gaan Vince de Jong (Kickstad) en Arnoud Nierop (Leiden) in op de…
Impasse in gebiedsontwikkeling
12 jun om 07:30 uurNederland heeft de intentie om een derde van de woningen op zeventien grootschalige woninglocaties te…
Reactie toevoegen