Open Building – de katalysator van een vitale stad
Koolhaas is al sinds zijn studie gefascineerd door gebouwen die ‘kunnen veranderen in de tijd’. “Ik bedoel dat vooral inhoudelijk: een gebouw dat niet één specifieke functie heeft”, legt hij uit. Volgens de architect bevinden zulke gebouwen zich op het raakvlak tussen architectuur en stedenbouw. “Stedelijke processen lijken langzaam te veranderen, maar als je uitzoomt in de tijd gaan ze eigenlijk vrij snel. Twintig jaar geleden kon je in Amsterdam aan de rand van de stad vrij eenvoudig aan een werkruimte komen in een gebouw dat niet meer werd gebruikt. Die rafelranden van de stad hadden een interessante functie voor de stad, maar intussen zijn ze grotendeels verdwenen.”
Volgens Koolhaas bouwen we tegenwoordig op een ‘starre manier’. Hij verwijst bijvoorbeeld naar de veelvuldig gebruikte tunnelbekisting. Zo’n bouwsysteem remt als het ware de potentie van transformatie af, vindt de architect. “We zijn in de architectuur gewend om te denken in momentopnames”, zegt hij. “Dat zie je terug in renderings: alles lijkt af. Die manier van presenteren beperkt onze verbeelding. We merken steeds meer hoe omstandigheden zoals de klimaatverandering of een pandemie de processen in een binnenstad veranderen.”
Eenwerk, ontworpen door Barend Koolhaas. Foto door Peter Tijhuis
Legaat van John Habraken
Marc Koehler, oprichter van het consortium Open Building waar ook Koolhaas bij betrokken is geweest, beaamt deze visie. “Er wordt tegenwoordig veel moeite gedaan om alles te integreren in één constructief element”, aldus Koehler. “Neem voorbeeld aan de betonnen vloer met het elektra- en ventilatiesysteem erin verwerkt. Daarmee maak je gebouwen hermetisch afgesloten. Toch zie je die gebouwen na vijftig of zelfs dertig jaar weer gesloopt of, met veel geld, verbouwd worden.”
Open Building is een consortium van vijftien architecten en ingenieurs die geïnspireerd zijn door de visie van John Habraken. Deze Nederlandse architect propageerde de participatiebeweging in de bouw, alsook het scheiden van bouwsystemen zodat een gebouw kan reageren op verschillende behoeftes van diens omgeving. Uit dit consortium zijn gebouwen als Multifunk (Ana architects), Superlofts (mka), smartlofts (S&M), TO-PUP, patch22 (Tom Frantsen), black jack (dirk Jan borski architecen), Stories (Gipser architects), Fenix Lofts (mei architects) Juf Nienke (Search), Gaga en voortgekomen, ‘stuk voor stuk bakens op gebied van innovatie’, aldus Koehler.
Render van het interieur van Superlofts. Render door Marc Koehler Architects
Deze gebouwen zijn futureproof door hun flexibele opzet. Zo is Superlofts een van de eerste woonprojecten in Nederland dat de duplex typologie op grotere schaal introduceerde. “Daarvoor dachten makelaars: dat wil niemand”, zegt Koehler. “Het is een soort halffabricaat dat bewoners zelf kunnen afbouwen, bijvoorbeeld door wel of niet een tussenvloer te nemen. Echt een zelfbouwwoning.” Volgens Koehler kunnen deze woningen, alsook die van andere projecten binnen Open Building, zo ‘meegroeien met de gebruikers’.
De architect als ontwikkelaar
Uniek aan Open Building is dat de deelnemende architecten zichzelf ook opwerpen als ontwikkelaars. Daarmee elimineren ze in feite een schakel in het systeem en trekken ze meer betrokkenheid en verantwoordelijkheid naar zich toe. “Hiervoor was er altijd een afhankelijkheid tussen aannemer en ontwikkelaar. In Open Building hebben architecten het ontwikkelaarsschap toegeëigend, waardoor ze totaal in controle zijn.”
Ook Koolhaas is ervan overtuigd dat deze integratie van rollen veel potentie heeft. “Dat was ook het idee achter het concept Shuffle waar ik samen met Femke Bijlsma en Reinier Suurenbroek tien jaar geleden aan werkte: één bedrijf dat fungeert als ontwikkelaar, architect en bouwer”, vertelt Koolhaas. “Dat idee zie je langzaam maar zeker opkomen, maar het is niet eenvoudig om de conventies waar we nu op opereren om te gooien.”
Poppies, ontworpen door Marc Koehler op basis van een Open Building framework.
Koehler staat hem bij: “De belangen in de bouwsector zijn contrair aan deze manier van bouwen. Hoe meer je bouwen ingewikkeld maakt door alles te vervlechten, hoe meer macht je geeft aan de aannemer om dat te coördineren. Door dat te ontvlechten geef je juist macht aan de gebruiker om zijn woning naar zijn eigen hand te zetten.” Ook het feit dat een flexibel gebouw duurder uitvalt past niet binnen het huidige bouwsysteem, volgens Koehler. “Veel ontwikkelaars zijn alleen op korte termijn betrokken. Er is voor hen geen noodzaak om een gebouw te maken dat honderd jaar meegaat. Je moet willen investeren en terugverdienen op lange termijn.”
Een kwestie van tijd
Er is dus een systeemverandering nodig, beaamt ook Koolhaas. Enerzijds kunnen we kijken naar de overheid, maar volgens beide architecten is ook een kwestie van het heft in eigen handen nemen. Open Building is daar een voorbeeld van. “We moeten een transitie teweegbrengen”, aldus Koolhaas, “waarin we ruimte creëren voor experimenteren, in plaats van dat we alleen maar zoveel mogelijk bouwen.”
Koehler ziet die transitie al ontstaan, wijzend op voorbeelden als Top-Up van Tom Frantzen en CiWoCo van GAAGA. Stuk voor stuk projecten die het open building concept omarmen. “Het is een kwestie van tijd”, zegt Koehler. “We gaan kadastraal anders denken om in plaats van top-down meer een infrastructuur te ontwerpen waarin binnenstedelijke gebouwen zich schouder aan schouder kunnen ontwikkelen, zodat een meer divers beeld ontstaat.”
Meer tijdens World Architecture Festival
Tijdens World Architecture Festival, dit keer geheel digitaal en gratis, spreekt Koehler samen met architecten als Sjoerd Soeters, Tom Frantzen, Adriaan Geuze en meer over hoe het gedachtegoed van open bouwen de stedenbouw positief beïnvloed. De sessie Open Building – Open City vindt plaats op 1 december van 10:10 tot 11:30.
Bekijk hier het programma of meld je direct gratis aan.
Een integrale versie van dit interview met Barend Koolhaas en Marc Koehler vind je in de Innovatiecatalogus 2021, die begin januari verschijnt. Houd de website van Stedebouw & Architectuur in de gaten voor meer informatie.
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Nieuwe locatie en datum voor ARCHITECT@WORK Amsterdam 2025
27 nov om 13:00 uurARCHITECT@WORK Amsterdam zal in 2025 plaatsvinden op een nieuwe, inspirerende locatie: De Kromhouthal, gelegen…
Bodem, water én natuur sturend
18 nov om 07:30 uurAls adviseur biodiversiteit en natuurinclusief ontwerp bij Sweco adviseert Gijs Meijer dagelijks over…
'Eerst lokale cultuur, identiteit en historie snappen'
15 nov om 07:30 uurAls stedenbouwkundige Tom van Tuijn start met een gebiedsontwikkeling, laat hij een ecoloog de wijk ingaan om…
Van Vinex naar NOVEX
12 nov om 07:30 uurWelke ervaringen met de Vinex-wijken kunnen helpen voor de ontwikkeling van de nieuwe NOVEX-gebieden? Het…
Dordrecht: vergroenen voor leefbaarheid en tegen hittestress
5 nov om 07:30 uurDe gemeente Dordrecht gaat fors investeren in het vergroenen van het centrum. Naast hittestress speelt ook…
Bomen basis van klimaatadaptieve en energievriendelijke stad
31 okt om 07:30 uurVolgens Joris Voeten vormen bomen de basis voor een natuurinclusief, klimaatadaptief en energievriendelijk…
Transformatie: van fabrieksterrein tot cohousinggemeenschap
23 okt om 07:00 uurDe Belgische stad Gent pioniert op het gebied van collectief wonen. Ook kent de stad innovatieve…
Nieuwe studie: bouwen impuls voor stedelijk groen
21 okt om 07:30 uurWat zijn de effecten van verstedelijking op ecosysteemdiensten, zoals groen, koeling en waterretentie, en de…
Reactie toevoegen