Vraag 6: Best practices en lessons learned
Joost Versluijs
Een goed voorbeeld van CPO vind ik de projecten van Een Blok Stad. In dit geval gaat het om het renoveren van vooroorlogse panden. Hier worden de consumenten ontzorgd qua fundering, casco en dak en vervolgens is er maximale vrijheid in de samenstelling van de eigen woning.
Ook vind ik het project Dutch Mountain van DeNieuweGeneratie architecten een goed voorbeeld van het combineren van PO, duurzaamheid en design. Helemaal afgestemd op de individuele woonwensen van de bewoners.
Maarten Min
Carel Weeber heeft een lans gebroken voor zelfbouw met zijn discussie over het Wilde Wonen, en dit resulteerde onder meer in de Woonexpo in 2001 in Almere. Daar bouwden wij toen onze pakhuis-lofts. Almere heeft C/PO sindsdien omarmd, en haar nieuwbouwpolitiek in die richting gewijzigd. In 2003 zijn wij begonnen met Mijn Eigen Gerijde Huis, samen met Mulder Obdam. Dit plan is inmiddels een paar keer gebouwd en ontwikkeld zich in de richting van een C/PO. In Wateringen zijn nu tweemaal tien woningen in aanbouw (huur- en koopwoningen).
Vanaf 2009 zijn we betrokken bij het Cradle to Cradle project Natuhome, Het woningconcept dat we hiervoor hebben ontworpen verenigt vele wensen, maar is vooral heel duurzaam, want gebaseerd op principes van Cradle to Cradle. Een volgend C/PO initiatief is gebaseerd op het enorme succes van ons eigen duinhuis in Bergen aan zee. We noemen het: Dune house Originals, en willen hiermee de exclusievere C/PO markt op.
Harry Vos
Onze eigen praktijk is een 'bad' practice. Vanuit de wensen van de C/PO-groep konden we een stuk grond gaan inrichten dat oorspronkelijk aan een ontwikkelende bouwer was toegezegd. Na langdurig over de grondprijs te hebben overlegd vond degene die de grond uitgeeft dat er versnelling in het proces moest komen. Voorgesteld werd om de ontwikkelende bouwer weer bij het project te betrekken. Vanaf dat moment vond men dat die het ook maar voor het zeggen moest hebben; de ontwikkelaar nam een architect in de arm om de woningen te tekenen. En zo ging het van kwaad tot erger. Het project groeide uit tot een anti-voorbeeld van C/PO. Aan de wensen van bewoners werd geen recht gedaan (hoewel ze daarover wel gehoord zijn door de architect!). Toen ging de energie van meer dan drie jaar voorbereiden bij de groep eruit en hebben we samenwerking opgezegd. Voor ons geldt: waar het grote geld zit, valt geen goed C/PO-resultaat te behalen. In ieder geval niet met de duurzame ambitie die wij hebben.
Piet Colpaart
Van alle C/PO projecten leer je weer iets. Het is een continu leerproces. Zowel het proces als het product, de woning, moet je na een jaar bewoning evalueren. Dat levert data op die door andere C/PO-ers gebruikt kunnen worden. Een les die ik heb geleerd gaat over de rol van gemeentes. Van gemeentewege moeten niet teveel randvoorwaarden en beperkingen worden opgelegd. Want die beperken de woonwensen van de consument. Dus geen dicht getimmerde beeld- en kwaliteitsplannen en /of bestemmingsplannen.
Marcel Kastein
In de wijk EVA-Lanxmeer zijn – onder een gunstiger economisch gesternte – enkele interessante projecten gerealiseerd.
Reageren op deze discussie? Mail uw reactie naar de redactie van Stedebouw & Architectuur.
Bekijk ook de reactie op vraag 1: Animo voor C/PO
Bekijk ook de reactie op vraag 2: Verdwijnt C/PO na de crisis?
Bekijk ook de reactie op vraag 3: Wat frustreert C/PO?
Reactie toevoegen