Vraag 6: Best practice
Ronald Dielwart
Het Mooie Plan fase 2 is een Ketenintegratieproject van Havensteder en Dura Vermeer Bouw Rotterdam. Vanaf de initiatieffase hebben we dit project met een minimale overschrijding van de ontwikkelplanning gebracht tot realisatie. De start bouw heeft 10 februari 2012 plaatsgevonden. De voorloper van dit project, Het Mooie Plan fase 1, was het eerste Ketenintegratieproject tussen beide bedrijven. In de eerste fase hebben we alleen de realisatiefase samen gedaan. Ervaringen die zijn opgedaan in de eerste fase, zijn als kennis ingebracht in de ontwikkeling van fase 2. De ontwikkeling van dit project kenmerkt zicht door een gedegen doelgroeponderzoek en klantenpanels om de wens van de doelgroep te vertalen in het ontwerp. Dit heeft geresulteerd in een, voor huidige begrippen, hoge verkoopsnelheid (snelst verkopende project in Rotterdam). Een aantal kopers zijn mensen die aan het Klantenpanel hebben deelgenomen. Het project is, door de huidige conjunctuur, met een paar maanden vertraging gestart. En binnen het eerst opgestelde ontwikkel- en bouwbudget tot stand gekomen. De bouwvergunning is met de Gemeente op basis van Ketenintegratie verkregen. Dit heeft geleid tot snelheid en minder voorwaarden bij de vergunning Het project is na het ontwerp helemaal uitgewerkt in een 3DBIMmodel.
Cor Paauwe
Best practice is in Rotterdam het project Landbouwbuurt waarin Kokon, HFB, Dura Vermeer Bouw en ComWonen (nu Havensteder) in samenwerkingsverband ketenintegratie hebben toegepast waarvoor ze de Bouwpluim 2011 kregen uitgereikt. Op de HFB-site staat een film die ter gelegenheid van de eerste paal is vervaardigd door HFB op basis van het BIM-model.
Best practice in IJsselstein is de prestatie die Bunnik Bouw uit IJsselstein samen met Kokon, HFB en Provides momenteel levert in het project Vicarielaan. Communicatie met bewoners, omwonenden, Gemeente en ketenpartners verliep geheel digitaal. Op de HFB-site staat een digitale brochure die voor het plan is gemaakt en waarvoor een groot aantal films is gemaakt vanuit het BIM-model. Onderzocht wordt of het BIM-model bruikbaar is voor onderhoud en beheer van dit project.
Ruben Vrijhoef
Veel van de huidige best practices verwijzen vaak terecht naar de opleving van ketenintegratie bij corporaties en ketenpartners. Deze zijn doorgaans op initiatief van de opdrachtgever. Dit valt in de klasse ‘klantgedreven’ integratie en vaak met nadruk op procesinnovatie. Daartegenover staat ‘ketengedreven’ integratie die vaak meer nadruk legt op productinnovatie en enige mate van standaardisatie. Daartoe horen bijvoorbeeld conceptbouwers die een deels gestandaardiseerd product leveren met behulp van een standaardproces en een vaste keten van co-makers. Zowel in de nieuwbouw als tegenwoordig in de renovatie. Er zijn ook architecten die vaak in coalitie met andere partijen concepten aanbieden, en soms zelfs een interne projectontwikkeling hebben en bouwcoördinatie op zich nemen.
Hans Wamelink
Momenteel zijn er goede tot zeer goede ervaringen opgedaan met ketensamenwerking. Iedereen is er enthousiast over, dat blijkt ook uit de bijdragen aan dit ronde tafel gesprek. De manier waarop ketensamenwerking wordt ingevuld is echter zeer verschillend. Objectief gesproken weten we nu nog niet wat de echte ‘winst is’. De bij pilots betrokken participanten spreken in ieder geval over een verbeterde samenwerking en vertrouwen. Een positieve invloed op bijvoorbeeld de kwaliteit van het eindproduct, kosten en tijd is in veel gevallen (nog) niet aangetoond. Door middel van onderzoek moeten we ook daar de vinger achter krijgen. Alleen een aantoonbare verbetering van deze belangrijke prestatie indicatoren zal leiden tot een duurzame implementatie van ketensamenwerking.
Reageren op deze discussie? Mail uw reactie naar de redactie van Stedebouw & Architectuur.
Bekijk ook de reactie op vraag 1: Waarom ketenintegratie?
Bekijk ook de reactie op vraag 2: Voor welk type opdrachten?
Bekijk ook de reactie op vraag 3: Hoe kies je partners?
Reactie toevoegen