Vraag 1: Welke concepten zijn kansrijk?
Antonin van de Bree
Ik vraag me af of trend het juiste woord is. Eerder heb ik de indruk dat het de wens is om slimme gevels te maken. Met slimme installatietechnieken, al dan niet in de gevel, kun je het energievraagstuk alleen gedeeltelijk oplossen. In de gebouwde omgeving is energieproductie in de gebouwschil goed mogelijk met fotovoltaische cellen en zonnecollectoren. Maar dan wel op het dak en niet in de gevel. In de gevel is het rendement daarvan door helling en schaduw van omliggende objecten te gering uit economisch oogpunt. Het grote voordeel van de gebouwschil is het ontbreken van bewegende delen en complexiteit. Het karakter van de gebouwschil is statisch van oorsprong. Wanneer een meer dynamisch karakter is gewenst om in te spelen op c.q. het opvangen van veranderingen in het buitenklimaat, dan moet het voordeel daarvan opwegen tegen de extra investering en de extra energie daarvoor. Voordelen kunnen zijn: minder energieverbruik of een beter comfort. Het buitenklimaat is overigens al grotendeels te neutraliseren door statische maatregelen zoals isolatie, kierdichting en thermische massa. De invloed die dan nog overblijft, is zo gering dat ik mij afvraag of het nog de moeite loont om daarvoor slimme gevels toe te voegen aan het ontwerp.
Peter-Paul Kuipers
Op zich eens met de stelling dat slimme gevels een trend is. Het is echter wel zo dat het nog lastig is om alles economisch gezien rond te rekenen. De terugverdientijd kan (te) lang zijn voor investeerders. Zeker nu budgetten onder forse druk staan sneuvelen al vrij snel slimme gevels. Maar toch. Met klimaattechniek in de gevel zijn we al vrij ver. Kansrijk acht ik de energieproductie via de gevel. Je kunt enorme oppervlakten van gebouwen activeren. Sleutel voor succes hierbij is een simpel, betrouwbaar systeem dat niet te duur is. Het gaat immers om de terugverdientijd. Ik ben er stellig van overtuigd dat er slimme systemen gaan komen die wij kunnen integreren in de gevel. Deze innovaties gaan hard en met stijgende energieprijzen komen grootschalige toepassingen dichterbij. De rendementen hoeven niet eens zo hoog te liggen; je kunt immers grote oppervlakken activeren. Een doorbraak zou fotovoltaisch glas zijn waar je toch doorheen kunt kijken of een fotovoltaische coating. Wat verder weg liggen fotovoltaische coatings maar daar vinden interessante innovaties plaats.
Esther Hebly
De gedachte achter de slimme gevels is logisch. Comfort is de reden dat we gebouwen willen. Gebouwschil en installaties bepalen voor het overgrote gedeelte je comfort. Bovendien bepalen ze samen het leeuwendeel van je energielasten, en bouw- en onderhoudsbudget. Verse lucht en energie in de vorm van licht, warmte en koude zijn gratis aanwezig. Gebruik de gebouwschil als dynamisch filter en stuur bij, waar nodig. Ik zie dat deze gedachte leeft bij diverse innovatiegerichte klanten, ontwerpers en producenten. We staan aan de vooravond van een trend. Na het ‘passief bouwen’ gaan we naar ‘interactief bouwen, wonen en werken’. Kansen zijn er voor concepten die de wisselende wensen van de gebruiker koppelen aan het weer, de dynamische schil en de installaties, zonder een efficiënt gebouwbeheer in de weg te staan. We weten uit onderzoek dat gebruikers, dus huurders, autonomie wensen en daar wel bij varen in termen van grotere tevredenheid, hogere productiviteit en lager kortdurend ziekteverzuim. Zonwering omhoog/omlaag, licht aan/uit, raam open/dicht en temperatuur omhoog/omlaag. We weten ook dat gebruikers soms ongelukkige keuzes maken: het raam open bij 30 graden Celsius met de koeling op vol vermogen, de zonwering omlaag laten op een zonnige winterdag en vervolgens elders gaan vergaderen etc. Met een slimme interface kunnen we de gebruiker ondersteunen in het nemen van slimme comfortabele beslissingen. Bij afwezigheid kiest het systeem de beste optie en gaat de ventilatie op een lager pitje. Door vraaggestuurd comfort te leveren kan aanzienlijk op energie worden bespaard ten opzichte van de state-of-the-art.
Peter-Paul Kuipers
De zonwering wil je eigenlijk op de winterdag omhoog hebben. Je kunt de zonnewarmte dan immers gebruiken om je gebouw (deels) te verwarmen. Met een relatief laag staande zon heb je dan juist veel instraling. Wel moet je dan een goede lichtregeling aan de binnenzijde van de gevel hebben zodat mensen comfortabel kunnen werken. Zonwering (buiten) en lichtregeling (binnen) zijn twee wezenlijk verschillende begrippen maar worden vaak door elkaar heen toegepast.
Philip Breedveld
Het lijkt alsof het concept voorop staat, maar in onze praktijk is het juist andersom. Je moet eerst goed kijken welke eisen aan de gevel gesteld moeten worden. Het comfort en het gewenste binnenklimaat leiden tot een klimaatconcept, toegespitst op het specifieke gebouw en waarin de gevel een rol heeft. Slimme gevels moeten doen wat ze moeten doen en dat hoeft niet te betekenen dat alle techniek in de gevel moet worden geconcentreerd. Techniek is niet een doel maar een middel, net als slimme gevels. En de gevel heeft niet in de laatste plaats een representatieve functie, waar stedenbouwkundige randvoorwaarden aan zijn gekoppeld, of, bij cultureel erfgoed, ook directe eisen als gevolg van de verschijningsvorm.
Esther Hebly
Mee eens. Het concept moet dienend zijn aan de gebruiker en dat zien we niet terug in de huidige economische modellen die gericht zijn op zo laag mogelijke stichtingskosten. Onderzoekers als Milton hebben aangetoond dat bedrijven $400 per werknemer per jaar kunnen besparen aan vermeden ziektekosten door verdubbeling van de toevoer van verse buitenlucht. Wanneer je daar dat zou meewegen in huurprijzen, ontstaat er ineens een ander plaatje waarbij investeren in slimmere technieken binnen aanvaardbare termijn loont.
Reageren op deze discussie? Mail uw reactie naar de redactie van Stedebouw & Architectuur.
Bekijk ook de reactie op vraag 2: Kansen in woningbouw en bestaande bouw
Bekijk ook de reactie op vraag 3: Incentives voor slimme gevels
Reactie toevoegen