Vraag 1: Waarom nieuw Bouwbesluit?
Peter van de Leur
De motieven van VROM om het Bouwbesluit te vernieuwen zijn onder andere: verminderen van de hoeveelheid regels, en stroomlijnen van nodeloos ingewikkelde regels. Ik steun de motieven, maar niet de uitwerking. Ik denk dat het oude Bouwbesluit – ik beperk me tot mijn terrein, de brandveiligheid - een groot aantal belangrijke en minder belangrijke tekortkomingen vertoont, en het lijkt mij voor de hand te liggen dat een nieuwe versie die oplost. Maar dat is niet zo. VROM (nu BZK) laat de bestaande problemen voor het overgrote deel voor wat ze zijn, en brengt wat onbezonnen een systeemwijziging aan. Ik verwacht daarvan eerder veel nieuwe problemen dan dat het bestaande problemen oplost. Daarnaast zijn er min of meer vanzelfsprekende aanpassingen, zoals de integratie van Bouw- en Gebruiksbesluit, en de aansluiting op de Europese ontwikkelingen. Dat zijn prima aanpassingen, maar ik verwacht er geen grote effecten van.
Jacques Mertens
Waarom een nieuw Bouwbesluit? Uiteraard omdat het document in ontwikkeling is, en aan wil sluiten bij nieuwe ontwikkelingen. Maar ook omdat de Kamer 'minder regels' wil. En omdat er tekortkoningen in het oude Bouwbesluit zitten. Dat betreft dan, als ik me beperk tot brandveiligheid, bijvoorbeeld de beoordeling van de capaciteit van vluchtwegen en rookwerendheid van constructies. Het valt daarom te betreuren dat juist op deze punten (ook) het nieuwe Bouwbesluit nogal wat steken laat vallen.
Een krachtig instrument binnen het Bouwbesluit is het gelijkwaardigheidsbeginsel. Dat blijft gelukkig bestaan, maar de uitwerking hiervan gaat vaak mis omdat beoordeling plaatsvindt op gemeentelijk niveau. Voor een echte toepassing hiervan is een centrale beoordeling van gelijkwaardige oplossingen wenselijk zodat een grotere mate van rechtszekerheid ontstaat. Het Belgische systeem kent zo'n centrale commissie en lijkt hiervoor geschikt.
Peter van de Leur
Daar ben ik het wel mee eens, zeker omdat het resultaat van die commissie bindend is. Om verstopping van dat systeem te voorkomen moet het een grote verwerkingscapaciteit krijgen.
Paul Biersteker
Wat ik miste in het oude Bouwbesluit was duidelijkheid omrent de samenhang met overige regelgeving op het gebied van brandveiligheid (vooral Gebruiksbesluit en bouwverordening). Maar ook waren sommige voorschriften niet altijd even helder geformuleerd, zoals het aantal vluchtwegen in de bestaande bouw – ‘t was lastig om daar goed zicht op te krijgen.
Wico Ankersmit
Het Bouwbesluit 2012 is heel duidelijk een besluit dat is geschreven in een tijd waarin de overheid zich meer en meer wil terugtrekken. Deregulering en vereenvoudiging zijn dan ook belangrijke uitgangspunten van het nieuwe Bouwbesluit. ‘Lastig’ in een ontwerp te vertalen aspecten zijn wat mij betreft goed onderhanden genomen zoals bezettingsgraadklassen, rookcompartimentering en het beperken van direct aangestuurde normen.
Aldo de Jong
Hoewel naar mijn mening de uitgangspunten in het oude Bouwbesluit over het algemeen best helder zijn, zaten er toch ook tekortkomingen in, bijvoorbeeld op het vlak van grotere brandcompartimenten en dan vooral waar het gaat om gebruiksfuncties die niet primair bedoeld zijn voor het verblijven van mensen, zoals expeditieruimtes, parkeergarages, et cetera.
Enthousiast ben ik over de integratie van het Gebruiksbesluit en het Bouwbesluit. De eisen voor nieuwbouw in het oude Bouwbesluit sloten niet aan bij de eisen voor de gebruiksvergunning. Dat is strak dus anders.
Wico Ankersmit
Het nieuwe Bouwbesluit is in ieder geval weer een stap verder naar echt landelijk uniforme regelgeving. Alle regels voor het bouwen en brandveilig gebruik in één integraal besluit. Dat geeft gemeenten geen aanleiding meer om lokaal af te wijken van bouwregels – wat overigens ook niet is toegestaan.
Peter van de Leur
Ik vrees dat dat ernstig gaat tegenvallen. De lokale verschillen betreffen niet zozeer dat de teksten niet op elkaar aansluiten, maar dat er verschillende interpretaties van dezelfde teksten bestaan – en dat wordt niet minder. Een belangrijke bron van verschillen is de beoordeling van gelijkwaardige oplossingen en van ‘invulling van functionele voorschriften’. Ook daarin komt geen verandering.
Ynso Suurenbroek
Wat brandbeveiliging in Nederland ernstig parten speelt, is het gebrek aan wetenschappelijke, technische of empirische onderbouwing. In Nederland is brandveiligheid een opportunistische tak van sport. Meer gebaseerd op persoonlijke meningen en visies, vandaag dit morgen dat. Brandbeveiliging is bij ons geen empirische wetenschap; regels of voorschriften zijn niet verankerd in een methodologisch doortimmerd fundament van onderzoek, literatuur, en internationale referenties.
Laat ik voorop stellen dat het nieuwe Bouwbesluit nog niet op mijn studeertafel ligt – alle ins and outs zijn me niet bekend – maar wat zich aftekent, is dat – als het gaat om die noodzakelijke aantoonbare wetenschappelijke onderbouwing – er niks is veranderd. Het is nog steeds free for all.
Peter van de Leur
Volgens mij draaft Ynso hier wat door. Bouwregelgeving is overal in de wereld in hoofdzaak de weerslag van conventionele bouwwijzen, niet het resultaat van zuiver wetenschappelijk onderzoek. De wetenschap kan wel worden gebruikt om nieuwe ontwikkelingen correct in te passen, en om te zorgen dat het systeem evenwichtig blijft. Daar is men in verschillende buitenlanden redelijk ver mee. In Nederland laat men dat – en dat ben ik wel met Ynso eens – geheel links liggen.
Reageren op deze discussie? Mail uw reactie naar de redactie van Stedebouw & Architectuur.
Bekijk ook de reactie op vraag 2: Plussen en minnen
Bekijk ook de reactie op vraag 3: Rolverdeling brandveiligheidsvraagstuk
Bekijk ook de reactie op vraag 4: Risico en verantwoordelijkheid
Reactie toevoegen