TU Delft test zonneschoorsteen
De toren, met een hoogte van
De opstelling, op het terrein van adviesbureau Peutz in Molenhoek, bestaat uit een slanke, zeer goed geïsoleerde constructie van ongeveer
De binnenvallende zonnewarmte valt op een zogenoemde absorber-plaat die de lucht in de schoorsteen verwarmt. De warme lucht stijgt op en zorgt voor schoorsteentrek. Op die manier kan de schoorsteen functioneren als afzuigventilatie voor gebouwen.
Aan de voet van de schoorsteen is een kleine ruimte (testcel) gemaakt voor meet- en regelapparatuur en het conditioneren van de ventilatielucht. Door de schoorsteentrek wordt lucht vanuit deze testcel aangezogen.
De temperatuur in de testcel wordt met een warmtepomp zodanig geregeld dat deze representatief is voor de temperatuur in (kantoor)gebouwen: 20 graden Celsius in de winter en 24 graden Celsius in de zomer.
De zonneschoorsteen is een testmodel voor het promotieonderzoek van Ben Bronsema aan de TU Delft. Hij onderzoekt hoe zonneschoorstenen het best kunnen worden gebouwd.
Daarnaast kijkt hij hoe groot de bijdrage van zonne-energie kan zijn bij het verwarmen van gebouwen. Daarvoor meet Bronsema onder meer druk, temperatuur, luchtsnelheid, zonnestraling en windsnelheid. De promovendus wil hiermee een bijdrage leveren aan het energiezuinig en innovatief ventileren en verwarmen van gebouwen.
Het onderzoek is een samenwerkingsproject van de faculteiten Bouwkunde van de TU Delft en de TU Eindhoven en VVKH Architecten. Het project wordt uitgevoerd met subsidie van het Ministerie van Economische Zaken.
Bron: TU Delft.
Reactie toevoegen